maandag 27 april 2009

Een typische Afrikaanse week

Hoe ziet dat er uit?
Kort gezegd: er gebeurt niks, er is niks en niks doet het!
Relaxt, weet je!

Om te beginnen: de Rwandese PhD’s van het WREM project waarmee we zouden samenwerken… waar zijn ze toch en wat doen ze nou???
Nadat we een paar weken voor vertrek te horen hadden gekregen dat onze meest fanatieke PhD opeens ‘verdwenen’ was (naar Canada vertrokken?) en uit het project is gestapt, is onze andere PhD, Omar, direct na onze aankomst voor een week naar Kenia vertrokken, waar één of ander congres bijgewoond dient te worden. Nou, niks mis mee natuurlijk, ware het niet dat wij er deze week langzamerhand achtergekomen zijn dat hij afgelopen 3.5 maand eigenlijk nog helemaal niks geregeld en gedaan heeft en er dus ook niks voor ons is voorbereid. Van de 20 regenmeters die hij zou plaatsen zijn er welgeteld 0 operationeel, en als je bedenkt dat het regenseizoen al halverwege is, en er over een maand misschien wel geen druppel regen meer valt, is dat niet zo handig. En waar die 20 regenmeters nou precies zijn, waar ze vandaan moeten komen of dat ze nog helemaal gemaakt moeten worden; geen idee! Omar zit in Kenia. En buiten regent het maar, en regent het maar…
Dan zelf maar een regenmeter in elkaar knutselen van twee verknipte waterflessen! Deze staat inmiddels al drie dagen te schitteren in onze achtertuin onder een spontaan droog geworden zonnige hemel (nadat wij de uitsluitend Kinyarwanda-sprekende guard met handen en voeten hadden uitgelegd dat hij dit stuk afval niet voor de tweede keer uit ‘zijn tuin’ diende te verwijderen) In the name of science, you know!

Voor de rivierafvoermetingen heeft Omar een aantal plaatsen geselecteerd (namelijk exact dezelfde locaties waar vóór 1994 de metingen gedaan werden), maar hoe deze totaal verwoeste dan wel helemaal verdwenen ‘meetstations’ (lees: brug) weer gerehabiliteerd dan wel opgebouwd dienen te worden is ons nog niet helemaal duidelijk. Omar zit in Kenia. Wat ons inmiddels al wel duidelijk geworden is, is dat ‘even’ een ijzeren staaf de grond in rammen, met daaraan getapet en getie-ript een staff gauge, een filterbuis en een diver ‘a-la-Portugal’ hier niet helemaal gaat werken. Afrikaantjes zijn namelijk dol op zulke spulletjes! En terecht! Van zonsopkomst tot zonsondergang zie je hier mensen dingen verzamelen, verkopen en versjouwen. Takken, bladeren, bananen, jerrycans, 3ehands spulletjes, fietsbanden, lege inktpatronen en 20 plastic stoelen; werkelijk alles zie je hier voorbijkomen. Als enorme stapels op voornamelijk hoofden en fietsen gedragen; of juist uitgestald op de stoffige grond met een ‘wie maakt mij los’ blik in de ogen. Alles wat ook maar een klein beetje waarde heeft wordt opgeraapt en mee naar huis genomen. Niet meer dan logisch, als je de armoede ziet waarin de meeste mensen hier moeten leven…
Veelzeggend zijn bijvoorbeeld de ontelbare karkassen van wat eens lantaarnpalen moeten zijn geweest, die je hier echt overal tegenkomt. Als stille getuigen van de reeds lang verworpen Belgische koloniale overheersing sieren zij nu het straatbeeld van Butare, met haar lange en uitgeholde nekken; zonder kop en zonder staart. De bedrading en de verlichting is vrijwel overal gejat; want dat heeft waarde. Slechts voor de deur van de chique hotels en het politiebureau is nog straatverlichting…
Je hoeft dan ook geen profeet te zijn om te voorspellen wat er met onze plastic buisjes en ‘oud ijzer’ gaat gebeuren als wij dit in de rivier gaan plaatsen… Goed bedoeld ‘in the name of science’, maar goed gejat ‘in the name of poverty’; en we kunnen het ze niet kwalijk nemen ook!
Het zijn gewoon de omstandigheden waarin wij proberen ons onderzoek te doen; onderzoek waarvan hopelijk de mensen hier ooit nog eens profijt zullen hebben. De eerste bouwtekeningen van zwaarbewapende betonnen bunkers zijn dan ook al gemaakt…

Gelukkig hebben we de supervisor van onze PhD’s nog; Dr. Wali! (opmerkelijk detail: Deze man is 1x in Nederland geweest, maar hij herinnert ons koude kikkerlandje toch vooral door zijn langdurige bezoek aan het brandwondencentrum na een uit (lees: in) de hand gelopen aanvaring met frituurvet) Deze buitengewoon excentrieke man is altijd druk, en ook al weten we nog niet precies wat we daadwerkelijk van hem kunnen verwachten; hij is het in ieder geval met ons eens dat er dingen moeten gebeuren en dat er gewerkt moet worden; geeft blijk van een brede hydrologische kennis, en is ook altijd goed gehumeurd! Altijd lachen met die gast! Daadwerkelijke actie is er echter nog niet veel, en ook het maken van afspraken is niet zijn sterkste punt. “Over 10 minuten vertrekken we” verandert al snel in 3 uur, en ook stuurt‘ie rustig om 06.00 uur ’s ochtends een smsje dat de afspraak van 2 uur later beter ergens in de middag kan plaatsvinden. Hij bedoelt het echter goed, heeft het beste met ons voor, en is een hardwerkende man. Voor zover wij het nu kunnen beoordelen heeft hij echter nogal vaak last van slaapproblemen, waardoor hij ’s nachts aan het werk gaat en dan overdag nog wat rust in moet halen. Of zijn buitengewoon directe benadering van vrouwelijk schoon en zijn vrijgezellenbestaan hierbij een rol spelen laten wij in het midden. Aan zulke gedurfde uitspraken zullen wij ons de vingers niet branden…

Twee PhD’s die er niet zijn, en een supervisor met slaapproblemen… dan zelf maar eens op bezoek bij ‘UB Consult’! Een uithangbord in Butare heeft ons namelijk verteld dat dit bedrijfje zich bezighoudt met “Infrastructure and Water Engineering”. Wie weet hebben zij nog wat leuke informatie voor ons! Het gerucht dat de eigenaar een echte Hollander zou zijn sterkt onze interesse en wij besluiten dan ook langs te gaan. Poging 1: de deur is dicht en geen teken van leven; de dag erna maar weer eens proberen. Poging 2: de deur is open en wij lopen naar binnen! Een kamer vol hardwerkende computermensen en een balie. De man die hier achter staat spreekt geen Engels en haalt een collega erbij. “Yes I speak English sir”. 5 Minuten later staan we weer buiten, en trekken we die uitspraak zeer ten twijfel. Waren wij nou zo onduidelijk of snapte hij er echt helemaal niks van? We moesten maar met de ‘chief’ spreken; dat was ons nog wel duidelijk geworden. Hij was nu aan het lunchen, maar om 14.00 zou hij er wel zijn. Dan zelf ook maar even een hapje eten! Poging 3: Het is even na tweeën en tot onze grote verbijstering is de tent nou helemaal gesloten! Buiten staan echter een paar mannetjes naar de straat te staren (moet ook gebeuren) en we besluiten het daar eens te proberen. We worden meegenomen naar ‘achterom’ en aldaar overhandigd aan een 80-jarige Frans-sprekende man. Hoppa! Beter skater! Frans was altijd al mn favoriete vak op school, en het is ook zo goed blijven hangen daarna! “Do you speak English?”, vragen wij. “Non”… Ok, het wordt dus echt een Frans gesprek…. Daar gaatie dan! “Je m’appele Arment de la Montagne”. Dat snapt’ie nog! Maar na “et je m’appele RutGGGer Bolt” volgt er toch echt een overduidelijke frons dat hij het niet verstaan en dus niet begrepen heeft. “Nous sommes estudiante des aqua. Hydrologique, you know?” Het gesprek stottert voort in een mengelmoesje van Frans/Spaans/Portugees (waar al die veldwerken al niet goed voor zijn!) en waar nodig een Engels volzin, die hij toch niet begrijpt. Uiteindelijk wordt het ons duidelijk dat de ‘chief’ momenteel niet beschikbaar is en dat we morgenochtend maar terug moeten komen. We weten niet zeker of we hem nog duidelijk hebben kunnen maken dat wij die ‘morgenochtend’ al een andere afspraak hadden staan, en dat we volgende week wel weer terug komen, maar na enkele uitvoerige ‘merci beaucoups’ verlaten wij het erf van de UB consult. Thuis toch maar even oefenen met dat Frans…

Dan was er ook nog het bezoek aan het ‘GIS centre’ met Dr. Wali, maar ook hier hebben we de sleutel tot succes nog niet kunnen vinden. Bij ons eerste bezoek bleek de-mevrouw-met-de-sleutel niet aanwezig te zijn, waardoor vele deuren voor ons gesloten bleven en de ‘rondleiding’ niet meer voorstelde dan een computerzaal met twee goedlachse Rwandeze dames en een arrogante Amerikaan. Niet te missen was echter de meteo-tower in de achtertuin met wind- regen- en zonnestralingsmeters! Zouden ze dan vlakbij huis (nog geen 500 m bij ons vandaan!) een complete set aan meteorologische data hebben? Dr. Wali, die ook in charge bleek te zijn van die toren, was er echter niet zeker van of de apparatuur wel goed aangesloten was, want hij had nog geen recente data van de toren gezien (die er toch al 1.5 jaar stond). Na enige navraag bleek hij ook niet in het bezit te zijn van de noodzakelijke kabel om de data uit te lezen van de logger naar een computer. Hongerig naar onze eerste data dat wij zijn, gooiden wij een balletje op over een Cereal-USB kabel die wij toevallig bij ons hebben. “Die zou het wel eens kunnen zijn”, was het antwoord van Dr. Wali. Met zo’n constatering is er hier in Afrika echter nog geen aanleiding tot vervolgactie, laat staan tot een afspraak. Vele reminders en subtiele hints waren er nodig om Dr. Wali een vervolgafspraak te laten maken met het GIS centrum. Of hij hier daadwerkelijk nog achteraan is gegaan, is ons niet helemaal duidelijk, maar uiteindelijk vertrokken wij een paar dagen later vol goede moed maar zonder Dr. Wali naar het GIS centrum. Er zou een ‘technician’ aanwezig zijn die voor ons het kastje kon openen waarmee wij de reeds velbegeerde meteo-data zouden kunnen uitlezen. Het mannetje-met-de-sleutel was er echter niet….

Dan maar zelf, als onafhankelijke onderzoekers, in actie komen! Daar zijn wij tot slot van rekening voor opgeleid! De volgende dag gaat de wekker al om 06.45 en een uurtje later staan wij bepakt en bezakt buiten; klaar voor een zeer lange wandeling die ons naar het op-het-oog-zijnde-subcatchment zal brengen (5 km verderop), om aldaar een uitvoeriger kijkje te nemen en de eerste metingen te doen. Na 2 uur wandelen arriveren we bij ons eerste stroompje. De viskoffer met ons hydrochemische equipment komt te voorschijn en de EC-meter + pH meter staan gereed. De spanning stijgt. We zijn echter niet alleen want oh oh oh wat doen die twee blanken hier nou tussen onze rijstvelden? Ze gaan een kunstje opvoeren! De brug stroomt vol geïnteresseerde toeschouwers. De spanning stijgt nog meer. Het is volle bak vandaag, en er wordt ons geen centimeter ruimte gegund. En het was al zo warm! Overal staan mensen, en de kinderen staan eerste rij. Nu moet het gebeuren jongens! Zouden hier dan eindelijk de eerste noemenswaardige hydrologische metingen gedaan worden? Het water is vies en moet gefilterd worden. Maar wat zijn die filters groot tegenwoordig! Vorig jaar in Portugal hadden we nog van die handige kleine kant-en-klare filters. Met bevende handjes wordt het semi-afgedankte filtersysteem aan elkaar gekoppeld. Zou het de warmte zijn? De spanning? Of toch gewoon het feit dat we hier zonder ontbijt staan? De spanning stijgt naar een hoogtepunt en de kinderen houden de adem in en de mond open. Een kartonnetje er tussen, of toch maar het vloeitje doen? Wat gaan die dingen moeizaam dicht! Het water in de spuit. Het water komt in beweging. Het water komt naar buiten, maar spuit er aan alle kanten uit. Kom op jongens, nu moet het gebeuren! De handjes gaan nog meer beven en het filter wordt wel 10x los gemaakt en weer vast. De eerste druppels belanden semi-wetenschappelijke-verantwoord in het monsterflesje. Of zouden het druppels zweet zijn geweest? Wat is het warm hier, jongens! De wanvertoning gaat verder en het publiek zit nog steeds vol spanning te kijken op wat komen gaat. Van de drie parmantig uitgestalde monsterflesjes komt er uiteindelijk bijna eentje vol. De titraties en colori-metingen laten we maar achterwege. Ook de pH-koffer blijft dicht. Om de eer te redden komt onverwachts toch nog de EC-meter in actie. Alle kinderen volgen het gebeuren op de voet, en kijken vol verbazing naar de springende cijfertjes. Een EC van 100.1 uS/cm met een temperatuur van 22.1 graad Celsius. Interessant! Dat is boeiend!
Met het schaamrood op de kaken druipen we snel af, en de ons achtervolgende kinderen struikelen over de staart die tussen onze benen hangt. Thuis toch maar even oefenen met die nieuwe filters…

Uit pure ellende besluiten we thuis aangekomen dan toch maar het locale ‘Mont Huye’-mineraalwater te gaan analyseren. Het filteren verloopt uiteraard vlekkeloos...


En zo vliegen de dagen voorbij, en staan er nog verdacht weinig vinkjes in ons workplan die wij van Dr. Wali moesten opstellen. Op het moment van schrijven is het weekend en zitten we thuis. Wat is er thuis allemaal te doen dan? Nou, we hebben bijvoorbeeld al het meubilair van onze woonkamer naar 1 helft geschoven, omdat de TL-buis in de andere helft het na veel geflikker en gezoem uiteindelijk heeft begeven. En we hebben geconstateerd dat we inmiddels door geen enkele wasbak in ons huis water kunnen laten stromen zonder kans op natte sokken. Ook noemenswaardig zijn de eerste kakkerlakken, de stukken glas in de vensterbank van de douche en het enorme gat in het plafond van de keuken.
Is het dan allemaal kommer en kwel daar in huize van den Berg/Bolt? Oh nee hoor! We vermaken ons opperbest, zijn nog steeds in uitstekende gezondheid, en kijken onze ogen uit hier! Bovendien is Omar er maandag weer! En ach, we hebben nog 14 weken…

En, niet onbelangrijk: voor het slapen gaan en als ontbijt hebben we Jiskefet, de Mannen van de Radio, Herman Finkers, South Park, Theo Maassen, slechte films en goede muziek. En: we hebben Hans Teeuwen.
Dat dan weer wel!

4 opmerkingen:

  1. Hey Harmpje en Rutger!
    Ik zie nu pas dat ik een reactie kan plaatsen, dus bij deze:)! Volgens mij hebben jullie het wel leuk en moet je veel gebruik maken van je creativiteit;)! Heel veel succes nog en de verhalen blijf ik lezen!
    xMarloes

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Mooi verhaal! Motiveert me om over een hele poos ook hydro te doen.
    Succes jongens.
    En wees voorzichtig met die donkere dames.

    Caspar

    BeantwoordenVerwijderen
  3. hahahahahhahahahahahahahaha
    Dat klinkt...Afrikaans?
    Klinkt te gek,
    ik bedoel, dat is de manier waarop het gaat daar ja toch>

    Veel succes en plezier!

    BeantwoordenVerwijderen
  4. Hoi Harmen en Rutger,

    Dat het een avontuur zou worden wisten jullie natuurlijk van te voren, maar dat jullie voor zoveel verrassingen zouden te komen staan... Ik lees vol spanning jullie blog, wat fascinerend toch, proberen wetenschap te bedrijven in een ander land met een heel andere cultuur! Raar toch dat je probeert onderzoek te doen waarvan de Rwandeze inwoners uiteindelijk misschien wel kunnen profiteren, maar daar echt geen weet van hebben!
    Zoals je al schreef Harmen, jullie hebben nog 14 weken om de communicatie en samenwerking op goede rolletjes te laten lopen dus ik duim erg hard voor jullie! Ik heb er groot vertrouwen in :D HELDEN!!

    Liefs uit Nederland van Julia, die volgende week Brabant veldwerk gaat begeleiden :D en wiens stage bij Deltares tot nu toe best goed verloopt ;)

    BeantwoordenVerwijderen